In de vallei Thingvellir, op de geologische breuklijn tussen het Europese en het Amerikaanse continent, werd in het jaar 930 de eerste wetgevende volksvergadering ter wereld gehouden. (Foto Sisse Brimberg - National Geographic)
IJslandse heidenen in het jaar 1000 overstag uit vrees voor anarchie
In één dag bekeerd tot Christen
Door ANDRÉ HORLINGS
(13 december 1995) De eerste bewoners van IJsland waren christenen: Ierse
monniken die bij de nadering van Vikingschepen het binnenland invluchtten.
Waarom ze kwamen en waar ze bleven is onduidelijk; een eilandje Papey aan de
oostkust herinnert nog aan hun aanwezigheid. Rond 860 ontdekte een uit de koers
geslagen Noorman bij toeval het vrijwel onbewoonde eiland in het noorden van de
Atlantische Oceaan. Het werd een toevluchtsoord voor avonturiers, op zoek naar
nieuwe horizonten; moordenaars, op de vlucht voor bloedwraak; boeren zonder
land; zelfs vorsten die van de troon gestoten waren, toen de Noorse koning
Harald Schoonhaar de Scandinavische volkeren verenigde in één
rijk.
Om de anarchie te beteugelen besloten de IJslanders in 930 tot
het houden van een jaarlijkse wetgevende volksvergadering, de Althing (alle
dingen); het land werd daarmee de oudste democratie ter wereld. Ze kozen
daarvoor een vlakte in het zuidwesten, Thingvellir (Ding-vallei), precies op de
geologische breuklijn tussen Europa en Amerika -- de evenwijdige scheuren in het
landschap maken onmiskenbaar duidelijk dat beide continenten zich hier steeds
verder van elkaar verwijderen. De rotswanden bieden er een uitstekende
akoestiek, ideaal voor het houden van toespraken. Daar werden nieuwe wetten
afgekondigd, misdadigers geëxecuteerd en overspelige vrouwen in de rivier
verdronken. De bijeenkomst in het jaar 1000 werd een van de belangrijkste in de
geschiedenis: de heidense Vikingen bekeerden zich massaal tot het
christendom.
Er is weinig bekend over hun oude geloof. Heidense bronnen
ontbreken. De overleveringen vertonen duidelijke overeenkomsten met het beeld
dat de Romeinse geschiedschrijver Tacitus rond het jaar 100 schetste van de
zeden en gewoonten van de volkeren in Germania. Maar de Vikingen leefden in
Scandinavië, dat nooit door de Romeinen werd bezet. En sindsdien waren er 900
jaar verstreken. De IJslandse saga's verschenen nog eens twee eeuwen
later.
Zendelingen uit Scandinavië
< Reproductie van het beeldje van Thor, de Noorse god van de donder, dat in de tiende eeuw op IJsland werd gevonden (History of Iceland).Christelijke invloeden waren vanaf het begin op IJsland aanwezig. Een deel
van de immigranten kwam uit Ierland, Engeland of Schotland, waar al sinds de
vierde eeuw zendelingen werkten; sommigen waren zelfs gedoopt. De meesten kwamen
echter uit Scandinavië en aanbaden de oppergod Odin (Wodan), zijn gemalin Frigg
(Frija), de god van donder en bliksem Thor (Donar) en nog een hele reeks andere
goden en godinnen. Dat gebeurde in speciale tempels, waarbij dieren werden
geofferd; vooral paarden, die ook ritueel gegeten werden. Volgens de
overleveringen kreeg de heidense godsdienst via de Althing een geweldige impuls.
De hoofdmannen, die de wetten bepaalden, ontleenden er hun machtspositie aan.
IJsland werd vrijwel een heidense natie.
Elders in Europa won echter het
christendom steeds meer veld. Steeds vaker landden zendelingen op de kusten.
Friedrich, een bisschop uit Saksen, en zijn IJslandse assistent Thorvald de
Verre Reiziger, wisten tussen 981 tot 986 een aantal heidenen te bekeren, maar
toen Thorvald een landgenoot doodde in een gevecht, werden ze van het eiland
verwijderd. Korte tijd later kreeg Noorwegen zijn eerste christelijke koning,
Olaf Tryggvason, die het als zijn roeping zag al zijn onderdanen te bekeren. Hij
stuurde fanatieke missionarissen naar nederzettingen van de Vikingen op de
Orkney- en de Shetland-eilanden, de Faröer, Groenland en IJsland. Zijn eerste
zendeling op IJsland, Stefnir Thorgilsson, begon meteen de tempels te vernielen
en werd prompt op de boot gezet. Hetzelfde lot trof zijn opvolger, de Vlaming
Thangbrandur, die enkele hoofdmannen wist te overtuigen, maar al te vasthoudende
heidenen naar de andere wereld hielp.
Terug in Noorwegen sprak Thorgilsson er
twijfel over uit of dit door en door slechte volk überhaupt wel gekerstend kon
worden. Koning Olaf besloot toen alle heidense IJslanders in zijn rijk te doden.
Dat werd op het nippertje verijdeld. Twee christelijke hoofdmannen uit IJsland,
Gissur en Hjalti, wisten hem ervan te overtuigen dat hun landgenoten op het punt
stonden zich te bekeren.
Maar daar was (nog) geen sprake van. Wel was onder
de IJslanders intussen grote verdeeldheid ontstaan. Fanatieke heidenen, die
koste wat kost vast wilden houden aan het oude geloof, stonden fel tegenover
even bezeten bekeerlingen, die de Blijde Boodschap er wel in wilden rammen. Het
overgrote deel van de bevolking vreesde echter voor de eenheid en de vrede in
het land en vooral voor een verbod op het eten van paardevlees en het buiten de
hutten leggen van kinderen met een zorgelijke gezondheid, zodat ze een milde
dood zouden sterven. Besloten werd de kwestie aan de orde te stellen op de
Althing van het jaar 1000.
Even werd eraan gedacht niet één, maar twee
'wetsprekers' aan te stellen; een christen en een heiden. Het werd er één,
Thorgeir van Ljosavatn, het 'heldere meer', uit het noorden van het land. Een
gematigde heiden, maar hij werd de allerwijste geacht van alle stamhoofden. Hij
trok zich terug in zijn tent, piekerde een dag en een nacht en riep daarna de
aanwezigen op zich bij de wetsteen te verzamelen. Daar hield hij de volgens
historici 'allerbelangrijkste toespraak die ooit op IJsland is gehouden'.
De bekeerde IJslanders gooiden hun afgodsbeelden in de Godafoss >
Hij noemde het onaanvaardbaar dat de eenheid in het land zou worden
verbroken, wat onvermijdelijk zou gaan gebeuren wanneer onenigheid over de
kwestie zou blijven bestaan. Het handhaven van één wet was dan ook noodzakelijk.
Maar gezien de extreme standpunten moesten daar wel compromissen voor worden
gesloten. En daarom diende iedereen zich tot christen laten dopen. Het aanbidden
van de oude goden, het eten van paardevlees en het buiten de hutten leggen van
kinderen bleef echter toegestaan, mits dat niet in het openbaar gebeurde. Maar
voor een aanklacht zouden ten minste twee getuigen nodig zijn; aan geruchten zou
geen waarde worden gehecht.
Thorgeir wist de aanwezigen te overtuigen. Wie
als heiden was gekomen ging als christen weer naar huis. De moedigsten lieten
zich dopen in het ijskoude water van Thingvellir; de anderen wachtten tot ze
onderweg een hete bron met aangenamer water passeerden. De wetspreker zelf wierp
zijn afgodsbeelden in een van de mooiste watervallen in het noorden, die
sindsdien de Godafoss wordt genoemd.
IJslandse saga's
< Professor Sigidur LindalProfessor Sigurdur Lindal (64) van de Universiteit van Reykjavik vindt het
een mooi verhaal. Maar hij gelooft er niet zo veel van. ,,De geschiedenis van
IJsland is uitvoerig beschreven. Er zijn vele saga's over de eerste moeilijke
jaren van het bestaan op het eiland, de vrijheidsidealen, de kracht, de moed en
de eer die zo belangrijk zijn geweest voor de ontwikkeling van het nieuwe
vaderland. Bijvoorbeeld het 'Landnamabok', met de namen van vierhonderd pioniers
en vierduizend mensen die hen vergezelden. De beroemdste IJslandse auteur,
Snorri Sturluson (1179-1241), schreef onder meer de 'Heimskringla', over het
leven van de Noordse koningen, en de 'Edda', waarin veel aspecten van het
heidense verleden zijn verwerkt. Maar ze verschenen eeuwen later en ik acht de
betrouwbaarheid niet al te groot. Maar'', zo benadrukt hij diverse malen, ,,niet
iedereen op dit eiland is dat met me eens.''
Feit is dat, mede aan de hand
van de saga's, vrijwel iedere IJslander tot vele eeuwen terug zijn stamboom na
kan gaan; sommigen menen zelfs exact te weten waar welke voorvader vandaan kwam,
waar hij aan land ging en waar hij zich meer dan 1100 jaar geleden vestigde.
Lindal zelf is een afstammeling in de 15e generatie van Ogmundur Pallson, de
laatste katholieke bisschop van het bisdom Skalholt, die in 1542 werd opgevolgd
door een Lutheraan.
,,De meeste saga's zijn gebaseerd op het 'Islendingabok'
van Ari Thorgilsson (1067-1148), het Boek van de IJslanders, die zeer beknopt,
in veertien of vijftien pagina's, de belangrijkste feiten over de IJslanders
weergaf, zoals de vestiging, het instellen van de Althing, de ontdekking van
Groenland en de introductie van het christendom. Volgens mij werd het
Landnamabok geschreven om het eigendomsrecht op IJsland vast te leggen. De
Heimskringla is een pleidooi voor loyaliteit met de Scandinavische vorsten,
zonder dat de IJslandse zelfstandigheid mocht worden aangetast. Snorri heeft dat
trouwens niet overleefd; hij werd vermoord in opdracht van de Noorse
koning.''
Een angstaanjagend landschap
Het ontbreekt op IJsland, aldus Lindal, vrijwel aan heidense overblijfselen. ,,Er is nauwelijks archeologisch materiaal gevonden. Het beperkt zich vrijwel tot een beeldje van Thor, de god van de bliksem en de donder, en een bel die bij de heidense eredienst zou kunnen zijn gebruikt. Wel biedt het IJslandse landschap, gekenmerkt door vuur en ijs, grillige lavaformaties, hete bronnen en andere geologische verschijnselen die voor de mensen uit die dagen angstaanjagend moeten zijn geweest, tal van aanknopingspunten voor mystiek. In alle beschrijvingen neemt de natuur een belangrijke rol in. Een berg bij Stykkisholmer in West-IJsland bijvoorbeeld, de Helgafell, zou zó heilig zijn geweest, dat niemand hem mocht aanschouwen; eerst moest men zich grondig reinigen.''De verhalen zijn volgens hem sterk geromantiseerd. ,,De overwinning van het christendom is des te glorieuzer, wanneer die gepaard gaat met heftig verzet. Ik denk dat de missionarissen geen echte geestelijken waren, maar afgezanten van de koning, die diens macht over het eiland moesten bevestigen.''
Volgens Lindal werd het christendom op IJsland echter wel voortdurend gekenmerkt door het eeuwigdurende verlangen naar onafhankelijkheid, wat pas in 1944 werd gerealiseerd, toen moederland Denemarken door de Duitse bezetting machteloos geworden was. ,,De katholieken noch de latere lutheraanse gelovigen hebben zich de wet op laten leggen door het buitenland. Ze gingen hun eigen gang, zo goed als dat mogelijk was. Het katholieke geloof op het eiland had grieks-orthodoxe elementen. Een deel van de Heimskringla speelt in Novgorod in Rusland. Er zaten IJslanders in het leger van Constantinopel. Er waren pogingen om orthodoxe priesters naar IJsland te halen, maar dat werd verboden door de katholieke bisschoppen. En hoewel de IJslanders bijna net zo abrupt lutheraan werden als christen is de laatste katholieke bisschop onze grootste vrijheidsheld.''
De bekering kwam per oorlogsschip
< De Deense koning Christiaan III (1503-1559)Ook de overgang naar het protestantisme werd 'bevorderd' door overzeese
heersers. In dit geval koning Christiaan III van Denemarken, die in 1536 de
Lutherse kerk stichtte in Denemarken, Noorwegen en op de Faröer-eilanden. Op
IJsland waren in die tijd twee bisdommen, Skalholt in het zuiden en Holar in het
noorden. ,,Toen bisschop Palsson van Skalholt in 1542 overleed, werd hij
vervangen door een Lutheraan, Gissur Einarson, die tactvol optrad en een al te
grote Deense invloed wist te voorkomen. Tot zijn dood, zes jaar later,
onderhield hij een goede relatie met zijn katholieke collega Jon Arason, maar
wel won intussen het protestantisme aan invloed. Te sterk, meende Arason, die
toen een campagne begon tegen de nieuwe leer en tegen het Deense koningshuis.
Hij schreef de paus om hulp, maar die liet weten daartoe niet in staat te zijn.
De Deense reactie was keihard: in 1551 werden Jon en zijn twee zonen onthoofd.
Als wraak vermoordde een groep IJslanders iedere Deen die ze tegenkwamen. Het
lijk van de bisschop werd naar Holar vervoerd en plechtig begraven. De bekering
kwam per oorlogsschip. De IJslanders werden lutheraan, maar de naam van Jon
Arason leeft tot vandaag toe voort als de grootste IJslandse martelaar die zijn
leven gaf voor de vrijheid.''
,,Jon Arason is de enige martelaar van de
reformatie in de noordelijke landen'', weet prof. Sigurdur Lindal. ,,Maar in de
de Lutherse kerk hielden veel katholieke gebruiken stand: de missen bleven in
het Latijn en de Maria-verering bleef tot ver in de 19e eeuw
onaangetast.''
Opvallend in het tegenwoordige IJslandse landschap zijn de
vele kerken in het binnenland, ver van de bewoonde wereld. Ze werden vroeger
gebouwd bij grote boerderijen; predikanten te paard maakten een regelmatige
ronde. Tegenwoordig komt de dominee per auto en treft hij maar weinig
kerkgangers aan, maar de gebouwen worden zorgvuldig onderhouden. Bijna elke
IJslander is nog steeds Lutheraan, maar de vrijheid van godsdienst staat hoog in
het vaandel. De 2500 IJslandse katholieken, één procent van de bevolking, hebben
ook weer een bisschop; sinds eind september Joannes Gijsen uit Nederland. In een
van de vele sekten worden Odin, Thor en Frya aanbeden, maar Sigurdur Lindal
neemt dat niet erg serieus. ,,Het zijn exentriekelingen, die zich vooral baseren
op de Edda. Maar dat is, zoals ik al vertelde, beslist geen betrouwbare
bron.''
DUTCH COURAGE'S PRODUCTIONS
Documentaires: Arnhem Spookstad | Rees: De verzwegen deportatie | Kriegsgefangenenpost | Drama SS Pavon
Publicaties: Artikelen en features | Krapulistische oprispingen | 100 jaar Apeldoornse Courant
Webcams: World Webcam Monitor > Unprotected webcams > Cruiseship cams > List of webcams and more
Media: Press > TV > Radio & video > Twitter and more
World: Atlas | Natural events | Weather > Climate change | Disasters > Earth's End
Various: Dutch Courage's Boeken | Guitar at Charles Bridge | Contact